هل يُمْكِنُ أَخَاكَ أنْ يقومَ بالرِّحلة إلى صَفاقُس؟

Kan je broer de reis naar Sfax maken?

يَلْزَمُ عَلَيْنَا أَنْ نَدْرُسَ غَدًا.

Wij moeten morgen studeren.

يلزم عليك أَنْ تنامي كثيرًا.

Jij moet veel slapen.

يلزم عليك أَنْ لا تنامي قليلا.

jij moet niet weinig slapen.

لَقَدْ شَاهَدْتُ ٱلْثَمَنَ

Ik heb de prijs al bekeken

هل يلزم الطّلّابَ كُتُبُ دَرْسٍ جَدِيدةٌ؟

Hebben de studenten nieuwe lesboeken nodig?

لم يُرِدِ سائقُ التكسي أنْ يستعملَ العداد.

De taxichauffeur wilde de meter niet gebruiken.

يَتَحَدَّثُ طُلّابُ ٱلْجَامِعَةِ عَنْ مَوَاضِيعَ مُمْتِعَةٍ.

De studenten van de universiteit praten over interessante onderwerpen.

هَلْ يُحَاوِلُ ٱلطُّلَّابُ أَنْ يَكْتَبُوا جُمْلَةً عَرَبِيَّةً

Proberen de studenten een Arabische zin te schrijven?

تُريدُ أختِي أَن تَخْتَارَ كُليَّةً لِكَيْ تَدرُسَ اللّغةَ العَرَبِيةَ.

Mijn zus wil een faculteit kiezen om de Arabische taal te studeren

يَهْتَمُّ كلبي بِٱلْفَلْسَفَةِ.

Mijn hond interesseert zich voor de filosofie.

حَارَتْ وَٱنْهَارَتْ كُلِّيَّةُ الأَدَبِ ٱلْعَرَبِيِّ.

De faculteit van de Arabische literatuur was radeloos en is in elkaar gestort.

وَدَّ المعلّم التّذْكِرَةَ الأَخِيرَة.

De docent wilde graag het laatste kaartje.

نُقِيمُ فِي مَدِينَةِ صَفَاقُسَ.

Wij verblijven in de stad Sfax.

لَزِمَ علينا أن نُقِيمَ في صَفاقُسَ أُسْبوعًا.

We moesten een week in Sfax verblijven.

يَنهَارُ عُطْلَةُ أَبِي. يَا سَلَامُ!

Mijn vaders vakantie stort in elkaar. Goede genade!

.حاول سائق التاكسي أن يحدّد الثّمن

De taxichauffeur probeerde de prijs te bepalen

لَنْ يَكُونَ ٱلكِتَابُ مُفِيداً.

Het boek zal niet nuttig zijn.

.طَلَبْتُ مِنْكِ أَنْ تَدْفَعِي ٱلْإِيجَارَ

Ik heb jou verzocht de huur te betalen

هَلْ هُوَ أَبُوكَ أَمْ حَمُوكَ؟

Is hij jouw vader of jouw schoonvader?

ألم يرد السّائق أن يستعمل العدّاد؟

Wilde de chauffeur de teller niet gebruiken?

يَسمَعُ المعلم لغةَ الطلابِ العربيةَ وَيريدُ أنْ ينهارَ

De leraar hoort de Arabische taal van de studentem en hij wil in elkaar storten.

أُريدُ أن أَنامَ

Ik wil slapen.

أَظُنّ أنْ يَحارَ الطلاب غدًا.

Ik denk dat de studenten morgen radeloos zijn.

يُقيمُ معلّمُ اللغة العربيّة في عاصمةِ إسرائيلَ.

De leraar van de Arabische taal verblijft in de hoofdstad van Israel.

نُقِيمُ فِي ٱلْجِبَالِ عِنْدَ أَبِي وَكَلْبِهِ.

Wij verblijven in de bergen bij mijn vader en zijn hond.

هل يمكنُ أخاكَ أنْ تَقُولَ لِي ما هي مَواضِيعُ ٱلدِّراسةِ في كُلِّيَّةِ ٱلْآدابِ؟

Kan jouw broer mij vertellen wat de studieonderwerpen zijn in de Faculteit Letteren?

يلزم علينا أن ندفع الإيجار اليوم.

Wij moeten vandaag de huur betalen.

يهتمّ بالتّاريخ الثّقافيّ ويُرِيدُ أن يَبْحَثَ محادثةً مهمّةً بين الملك ورئيس الوزراء.

Hij interesseert zich voor cultuurgeschiedenis en hij wil een belangrijke bespreking tussen de koning en de minister-president onderzoeken.

أُريدُ أنْ لا أَحَارُ.

Ik wil dat ik niet radeloos wordt.

لَمْ يَكُنْ نَائِبُ وِزَارَةِ ٱلدَّاخِلِيَّةِ فِي ٱلْمَكْتَبِ صَبَاحَ ٱلْيَوْمِ.

De afgevaardigde van het ministerie van Binnenlandse Zaken was niet op het kantoor vanmorgen.

لم تَتَعَدَّدِ ٱلأحزابُ في تلك الدُّوَل.

De partijen waren niet talrijk in die staten.

اِسمَحْ لِي ، أُغَيَّرُ تَعْلِيمَ ٱلأَولاَدِ لِكَيْ لاَ تُنَمَامُوا هٰذَا ٱلْمَسَاءَ.

Sta mij toe, ik verander het onderwijs van de kinderen zodat zij deze avond niet slapen.

في ٱلْوِزَارَةِ نُوَّابٌ كثِيرونَ جِدًّا. يَلْزَمُ عَلَيْهِمْ أنْ يَذْهَبُوا إِلَى مُحَادَثَةٍ.

In het ministerie zijn zeer veel afgevaardigden. Zij moeten naar een bespreking gaan.

إقامتي في وسط مدينة أوترخت بجوار محطة القطار. قريب من جامع أُولُو.

Mijn verblijf is in het midden van de stad Utrecht, in de omgeving van het treinstation dichtbij de Ulu moskee.

يا أَخِي، اِسْتَعْمِلِ ٱلْعَدّادَ.

Oh broeder. Gebruik de meter.

عَاوِنِّي! لا أريدُ أن ينهارَ ٱلعمارةُ ٱلقديمةُ.

Help me! Ik wil niet dat het oude gebouw in elkaar stort.

تحار أمُّك بعد أنِ ٱسودَّتْ نفسُها بٱلتَّعليم.

Je moeder wordt radeloos nadat haar ziel zwart geworden is door het onderwijs.

لم تكُنِ ٱلْمُحادةُ طويلةً وكانت مُمْتِعةً ومُفيدةً.

De bespreking was niet lang; ze was plezierig en nuttig.

اسمي محمد، أَدْرُسُ في جامعة أوترخت

Mijn naam is Mohammed, ik studeer aan de Universiteit Utrecht.

يَشَاء حَمُّو هٰذَا ٱلطَّالِبِ أَنْ يَسْتَطِيعَ أَنْ يَفْهَمَ هٰذِهِ ٱلْفَلْسَفَةَ ٱلطَّرِيفَةَ.

De schoonvader van deze leerling wil deze merkwaardige filosofie kunnen begrijpen.

لَمْ يَحَرْ أبو صَدِيقَتِي بَعْدَ أَنِ ٱنْهَارَ تَاكْسِي أَخِيهِ.

De vader van mijn vriendin was niet radeloos toen de taxi van zijn broer instortte.

يُرِيدُ أَخُوهَا أَنْ يُغَيِّرَ مَوْضُوعَ ٱلْحَدِيثِ.

Haar broer wil het gespreksonderwerp veranderen.