Les 5
De woorden, hun klank en betekenis
Klik op woord voor de uitspraak ervan. Klik nogmaals voor de betekenis.
Klik nogmaals om de uitspraak nog een keer te horen
تَحَدَّثَ
praten (عن over)
اِسْتَلَمَ
ontvangen, krijgen
جَهَّزَ
klaarmaken; voorzien van
اِسْتَقْبَلَ
ontvangen (van een persoon)
قَدَّمَ
voorstellen (ه iemand; الى aan)
مَخْزَنٌ\مَخَازِنُ
winkel
مَاضِيَةٌ
verleden, afgelopen (f.)
رِسَالَةٌ \ رَسَائِلُ
brief
صَدِيقٌ \ أَصْدِقَاءُ
vriend
صَدِيقَةٌ \ َاتٌ
vriendin
إِمْكَانِيَّةٌ
mogelijkheid
جَوَابٌ \ أَجْوِبَةٌ
antwoord
بِكُلِّ سُرُورٍ
met alle plezier
شَهْرٌ \ شُهُورٌ، أَشْهُرٌ
maand
طَائِرَةٌ \ َاتٌ
vliegtuig
مَطَارٌ \ َاتٌ
vliegveld, luchthaven
بِقُرْبِ
in de nabijheid van
حَيْثُ
alwaar (geen invloed op volgende woord)
اَلثَّانِي
de tweede, de volgende (m. nom. op ī)
قَدِيمٌ \ قُدَمَاءُ
oud; versleten (niet bij personen)
قَصْرٌ \ قُصُورٌ
burcht, kasteel; paleis
أُسْبُوعٌ\ أَسَابِيعُ
week
مِثْلَ
zoals (+ genitief)
صَلِيبِيٌّ \ ُونَ
kruisvaarder
عَزِيزٌ\ أَعِزَّاءُ
dierbaar, lief
وَطَنٌ\ أَوْطَانٌ
vaderland
بَعْدَ أَنْ (أَنِ)
nadat (+ perfectum)