Les 14

  Oefening 1
Maak de zinnen ontkennend met lam en de apocopaat. Alle werkwoorden zijn van stam VIII.
vereenvoudigd schrift
origineler schrift
Klik in het vak hiernaast voor een nieuwe zin. افتكرتُ المجموع.
Geef de zin gevocaliseerd. اِفْتَكَرْتُ ٱلْمَجْمُوعَ.
Wat betekent de zin? Ik heb het geheel overdacht.
Geef de perfectumstam van het werkwoord. اِفْتَكَرَ
Wat is de imperfectumstam van dit werkwoord? يَفْتَكِرُ
Geef de persoonsvorm in de indicatief voor dezelfde persoon als aan het begin van de oefening. أَفْتَكِرُ
Geef de ontkenning van de zin met lam en de apocopaat. لَمْ أَفْتَكِرِ ٱلْمَجْمُوعَ.

Klik in het vak hiernaast voor een nieuwe zin. اتحدت الممالك.
Geef de zin gevocaliseerd. اِتَّحَدَتِ ٱلْمَمَالِكُ.
Wat betekent de zin? De koninkrijken hebben zich verenigd.
Geef de perfectumstam van het werkwoord. اِتَّحَدَ
Wat is de imperfectumstam van dit werkwoord? يَتَّحِدُ
Geef de persoonsvorm in de indicatief voor dezelfde persoon als aan het begin van de oefening. تَتَّحِدُ
Geef de ontkenning van de zin met lam en de apocopaat. لَمْ تَتَّحِدِ ٱلْمَمَالِكُ.

Klik in het vak hiernaast voor een nieuwe zin. اظلما.
Geef de zin gevocaliseerd. اِظَّلَمَا.
Wat betekent de zin? Zij beiden hebben onrecht ondergaan.
Geef de perfectumstam van het werkwoord. اِظَّلَمَ.
Wat is de imperfectumstam van dit werkwoord? يَظَّلِمُ
Geef de persoonsvorm in de indicatief voor dezelfde persoon als aan het begin van de oefening. يَظَّلِمَانِ
Geef de ontkenning van de zin met lam en de apocopaat. لَمْ يَظَّلِمَا.

Klik in het vak hiernaast voor een nieuwe zin. هل ادكرتِ كلامي؟
Geef de zin gevocaliseerd. هَلِ ٱدَّكَرْتِ كَلَامِي؟
Wat betekent de zin? Herinnerde je je mijn woorden?
Geef de perfectumstam van het werkwoord. اِدَّكَرَ
Wat is de imperfectumstam van dit werkwoord? يَدَّكِرُ
Geef de persoonsvorm in de indicatief voor dezelfde persoon als aan het begin van de oefening. تَدَّكِرِينَ
Geef de ontkenning van de zin met lam en de apocopaat. أَلَمْ تَدَّكِرِي كَلَامِي؟

Klik in het vak hiernaast voor een nieuwe zin. اضطررناهم الى الإقامة.
Geef de zin gevocaliseerd. اِضْطَرَرْنَاهُمْ إِلَى ٱلْإِقَامَةِ.
Wat betekent de zin? Wij hebben hen tot het verblijf gedwongen.
Geef de perfectumstam van het werkwoord. اِضْطَرَّ
Wat is de imperfectumstam van dit werkwoord? يَضْطَرُّ
Geef de persoonsvorm in de indicatief voor dezelfde persoon als aan het begin van de oefening. نَضْطَرُّ
Geef de ontkenning van de zin met lam en de apocopaat. لَمْ نَضْطَرِرْهُمْ إِلَى ٱلْإِقَامَةِ.

Klik in het vak hiernaast voor een nieuwe zin. اصطاد الملك.
Geef de zin gevocaliseerd. اِصْطَادَ ٱلْمَلِكُ.
Wat betekent de zin? De koning heeft gejaagd.
Geef de perfectumstam van het werkwoord. اِصْطَادَ
Wat is de imperfectumstam van dit werkwoord? يَصْطَادُ
Geef de persoonsvorm in de indicatief voor dezelfde persoon als aan het begin van de oefening. يَصْطَادُ
Geef de ontkenning van de zin met lam en de apocopaat. لَمْ يَصْطَدِ ٱلْمَلِكُ.

Klik in het vak hiernaast voor een nieuwe zin. ازدحمت الانسات.
Geef de zin gevocaliseerd. اِزْدَحَمَتِ ٱلْآنِسَاتُ.
Wat betekent de zin? De jongedames dromden samen.
Geef de perfectumstam van het werkwoord. اِزْدَحَمَ
Wat is de imperfectumstam van dit werkwoord? يَزْدَحِمُ
Geef de persoonsvorm in de indicatief voor dezelfde persoon als aan het begin van de oefening. تَزْدَحِمُ
Geef de ontkenning van de zin met lam en de apocopaat. لَمْ تَزْدَحِمِ ٱلْآنِسَاتُ.

Klik in het vak hiernaast voor een nieuwe zin. ادعوا انهم ضيوف.
Geef de zin gevocaliseerd. اِدَّعَوْا أَنَّهُمْ ضُيُوفٌ.
Wat betekent de zin? Zij beweerden dat zij gasten waren.
Geef de perfectumstam van het werkwoord. اِدَّعَى
Wat is de imperfectumstam van dit werkwoord? يَدَّعِي
Geef de persoonsvorm in de indicatief voor dezelfde persoon als aan het begin van de oefening. يَدَّعُونَ
Geef de ontkenning van de zin met lam en de apocopaat. لَمْ يَدَّعُوا أَنَّهُمْ ضُيَوفٌ.